A.F.A.M. Wetzer, 13 november 2005
In de Franse Tijd, zo'n tweehonderd jaar geleden, veranderde er veel. Ondermeer was het in 1806 voorgoed afgelopen met de rechtspraak door het stadsbestuur. Met ingang van 1 oktober 1838 kreeg 's-Hertogenbosch als provinciehoofdstad een Gerechtshof. Dit Gerechtshof is nu gevestigd in het Paleis van Justitie: Spinhuiswal 2. Het Provinciaal Gerechtshof betrok in 1838 samen met de rechtbank een pand in de Hinthamerstraat: het huidige Jeroen Boschhuis. In 1875 werd bepaald dat per 1 januari 1876 de provinciale gerechtshoven opgeheven zouden worden: slechts vijf gerechtshoven bleven er vanaf die datum bestaan. Onder het Bossche gerechtshof kwam nu behalve de provincie Noord-Brabant ook de provincie Limburg te vallen. Na 1876 werd het Gerechtshof zelf niet uitgebreid, maar de administratie ervan wél en ook de werkzaamheden van de in het gebouw gevestigde rechtbank namen blijkbaar toe, want in 1879 werd het gebouw in de Hinthamerstraat verbouwd. Uiteindelijk werd het in 1910 echt te klein. Gelukkig kwam er grond beschikbaar aan de Spinhuiswal. De op de Spinhuiswal gelegen bijzondere strafgevangenis werd opgeheven. In 1912 werd de bouw van het nieuwe Paleis van Justitie aanbesteed. Het zou echter nog twaalf jaar duren voordat de bouw geheel klaar was. Het was gebouwd van gele steen en in de stijl zoals nu nog aan een vleugel in de Sint-Jorisstraat te zien is. Direct na de meidagen van 1940 begon de Duitse bezetter het gebouw in beslag te nemen. Eerst een klein stukje, maar op 17 februari 1942 moest het gebouw helemaal ontruimd worden. Het Gerechtshof nam toen haar intrek in de kostschool Regina Coeli in Vught. In oktober 1944 staken de Duitsers het gebouw aan de Sinhuiswal in brand. Althans: dat werd lang gedacht. Later bleek dat een geallieerde met zijn tank op in het gebouw verschanste Duitsers schoot, waarbij het gebouw in brand raakte. De zwartgeblakerde voorgevel werd in maart 1949 afgebroken. Hoewel er natuurlijk ook inwendig schade was ontstaan, kon dit deel gehandhaafd blijven. Alleen ontstond er weer een ruimte-tekort en men besloot er een verdieping op te zetten. Naar ontwerp van architect Geerding werden in 1950 deze verdieping, een nieuwe voorgevel en een nieuwe kap gebouwd. In de voorgevel kwamen reliëfs van de beeldhouwer Niels Steenbergen. Boven de ingangspartijen links en rechts de provinciewapens van Noord-Brabant en Limburg en in het midden de naam van het gebouw: Paleis van Justitie. Op de reliëfs van de vleugels staan afgebeeld de begrippen onkreukbaarheid, voorzichtigheid, wijsheid en gestrengheid. In het Paleis van Justitie waren behalve het Gerechtshof ook andere gerechtelijke instanties gevestigd die echter in de loop der jaren door steeds weer optredend ruimtegebrek naar elders verhuisd zijn. Nu zetelt er alleen nog het Gerechtshof en het parket van de procureur-generaal. Ook deze zullen hier in de toekomst verdwijnen. Er komt een nieuwbouw voor justitie achter het station. |
Justitie
architect: F. Duthour, Geerding
Het Paleis van Justitie werd oorspronkelijk gebouwd tussen 1912 en 1924. Het markant aan de stadswal gelegen paleis werd opgetrokken in een traditionele architectuur van goudgele baksteen. Aan de achterzijde is deze orginele gele baksteen nog te zien. In 1944 werd het gebouw door de bezetter in brand gestoken. De zwaar beschadigde voorgevel werd in 1949 afgebroken. Daarmee begon een periode van herstel en herbouw. De oude voorgevel maakt plaats voor een geheel nieuwe pui, een zware, strenge gevel met een forse granieten plint. De zware houten entree en de hoge ramen zijn uitingen van macht. Het gebouw werd met een verdieping verhoogd. |
materiaal: natuursteen 170 x 105
In de voorgevel bevinden zich vier rechthoekige figuratieve reliëfs, steeds met twee menselijke figuren erop. Deze vormen voorstellingen waarvan de betekenis in tekst op het betreffende reliëf staat aangegeven. De figuren hebben weinig details maar zijn door kleding en engszins theatrale houdingen en gebaren echte stereotypen. Uiterst links is de 'onkreukbaarheid' uitgebeeld: een man met een zak op de rug tegenover een man met een geweer en een hond. De eerste lijkt de laatste iets aan te bieden (een poging tot omkoping?). Links van de ingang 'voorzichtigheid': een man in een boot die roeit en een die stuurt. De stuurman pakt met de andere hand de roeispaan vast. Rechts van de ingang 'wijsheid': een herder met staf en schapen probeert een andere man met een kruik met drank, die de andere kant op wil de juiste kant op te krijgen door hem bij zijn arm te pakken. Uiterst rechts wordt 'gestrengheid' uitgebeeld: een man op een paard in galop en een andere man die zijn hand opheft als een soort stopteken. |
InleidingComplex bestaande uit het voormalige Paleis van Justitie (onderdeel 1) en een op het binnenterrein tussen de beide vleugels hiervan gelegen gevangeniscomplex (onderdeel 2).Beide onderdelen zijn tussen 1912-1924 opgetrokken in een mengvorm van Ambachtelijk-traditionele en Eclectische motieven naar ontwerp van de Hoofdingenieur-Architect der Gevangenissen en Gerechtsgebouwen W.C. Metzelaar. Door bezuinigingen tijdens en na de Eerste Wereldoorlog is het ontwerp ettelijke malen versoberd, onder meer door rijksbouwmeester S. Wijn. In 1944 steken de Duitsers bij het verlaten van de stad het aan de Spinhuiswal gelegen gedeelte in brand. De kap, gevel en achterliggende dienstvertrekken worden hierbij onherstelbaar beschadigd. De hoofdmassa van het gebouw alsmede de aan de achterzijde gelegen, rijk geornamenteerde zittingszalen blijven gespaard. Met name de zittingszalen behoren tot de fraaiste die het bureau Metzelaar in Nederland heeft ontworpen en ingericht. Het verwoeste gedeelte van het gebouw werd tussen 1948 en 1951 door rijksbouwmeester G. Friedhoff in samenwerking met rijksgebouwendienst-architect M. Bolten voorzien van een sobere maar stedenbouwkundig zeer markante façade in een vormgeving die invloeden van de Stuttgarter-Schule vertoont en een nieuwe inrichting met onder meer glas-in-lood van M. de Leeuw en enkele representatieve ruimtes. De geschiedenis van Justitie op deze locatie gaat tenminste tot de achttiende eeuw terug. Vanuit een stedelijk verbeterhuis ontwikkelde zich in de loop van de negentiende eeuw een (Rijks-)penitentiaire inrichting; de voorganger van het huidige Huis van Bewaring. Hieraan werd tussen 1912 en 1924 het huidige Paleis van Justitie gebouwd. Na de ingebruikneming van het nieuwe complex achter het station werd het Paleis van Justitie in 1998 door Justitie afgestoten. Het Huis van Bewaring is in 1999 nog wel als zodanig in gebruik. OmschrijvingHet V-vormige complex is bijzonder markant gelegen op een driehoekig terrein dat omsloten wordt door de Sint Jorisstraat, de Spinhuiswal en de Binnendieze met in het verlengde daarvan het woonhuis Sint Jorisstraat 121 waarin nog resten van het voormalige karthuizerklooster schuilgaan. De drielaags voorgevel met entreepartij aan de Spinhuiswal springt door de uniforme, strenge en monumentale vormgeving bijzonder in het oog. De situatie op de hoek Spinhuiswal, Sint Jorisstraat en Prins Bernhardstraat is niet minder markant maar stedenbouwkundig gezien aanmerkelijk complexer. De blikvanger is hier het voormalige refugiehuis van de abdij van Sint Geertrui te Leuven (Spinhuiswal 1/Sint Jorisstraat 133, dat in oorsprong teruggaat tot de vroege zestiende eeuw en van 1937 tot 1941 ingrijpend gerestaureerd werd. Tussen het refugiehuis en het Paleis van Justitie bevindt zich verder een uit 1947 daterend gedeelte van een voormalig koetshuis; Spinhuiswal 131. Dit pand valt buiten de van rijkswege geldende bescherming. Aan de Sint Jorisstraat valt de bebouwing in twee blokken uiteen en bestaat uit het van vierkante hoektorens voorziene drielaags gedeelte van Metzelaar uit 1912-1924 en het door middel van een tussentravee met trappenhuis daarmee verbonden Huis van Bewaring dat twee bouwlagen telt. Dit is in 1855-1858 in neoclassicistische vormen opgericht met bijbehorende woning en poort (Sint-Jorisstraat 123-125). Bij een restauratie in 1980 werd dit gedeelte vooral intern sterk gewijzigd. Via een inspringing gaat deze over in de langgerekte vierlaags cellenvleugel aan de noordwestelijke zijde. De in opzet uit 1895 daterende gevangenisvleugel die het terrein aan de noordwestelijke zijde begrenst, is in de loop der jaren diverse malen gewijzigd en valt buiten de van rijkswege geldende bescherming.De binnenterreinen van het complex zijn in de loop der jaren voor een groot gedeelte opgevuld met nieuwe bebouwing van het Huis van Bewaring zoals: overdekte hallen, recreatie- en werkzalen en fietsenstallingen. Aan de noordwestelijke en zuidoostelijke kant bevinden zich nog twee grote open binnenplaatsen; die tussen de beide gevangenisvleugels dient vooral om de gevangenen te luchten. WaarderingHet complex van Paleis van Justitie met de op het binnenterrein gelegen gevangenisvleugel A is van algemeen belang. Het heeft cultuurhistorische waarden als bijzondere uitdrukking van de justitiële geschiedenis en de daarmee verbonden typologische ontwikkeling der gebouwen.Het paleis heeft architectuurhistorische waarden als bijzondere uitdrukking van de geschiedenis van het rijksbouwen in de eerste helft van de twintigste eeuw. Het gebouw is het laatste grote justitiële complex van W.C. Metzelaar. Met name de monumentale en rijk geornamenteerde zittingszalen zijn binnen diens werk belangrijk en zeldzaam. De façade aan de Spinhuiswal van G. Friedhoff is vanwege de imponerende ligging stedenbouwkundig gezien van groot belang. Architectuurhistorisch heeft dit gedeelte belang als eerste grote rijksgebouw van diens hand. Door de functionele samenhang van de verschillende gebouwen en de enigszins geïsoleerde ligging van het complex heeft het geheel ensemblewaarden. Het geheel is van belang vanwege de hoogwaardige architectonische kwaliteit van de samenstellende onderdelen. Het geheel aan gebouwen is van belang vanwege de functionele en typologische zeldzaamheid. |
InleidingPaleis van justitie, tussen 1912 en 1924 gebouwd in Eclectische stijl naar ontwerp van de Hoofdingenieur-Architect der Gevangenisssen en Gerechtsgebouwen W.C. Metzelaar. Door bezuinigingen tijdens en na de Eerste Wereldoorlog is het ontwerp ettelijke malen versoberd, onder meer door rijksbouwmeester S. Wijn. In 1944 steken de Duitsers bij het verlaten van de stad het aan de Spinhuiswal gelegen gedeelte in brand. De kap, gevel en achterliggende dienstvertrekken worden hierbij onherstelbaar beschadigd. De hoofdmassa van het gebouw alsmede de aan de achterzijde gelegen, rijk geornamenteerde zittingszalen blijven gespaard. Met name de zittingszalen behoren tot de fraaiste die het bureau Metzelaar in Nederland heeft ontworpen en ingericht. Het verwoeste gedeelte van het gebouw werd tussen 1948 en 1951 door rijksbouwmeester G. Friedhoff in samenwerking met rijksgebouwendienst-architect M. Bolten voorzien van een sobere maar stedenbouwkundig zeer markante façade in een vormgeving die invloeden van de Stuttgarter-Schule vertoont en een nieuwe inrichting met onder meer glas-in-lood van M. de Leeuw en enkele representatieve ruimtes. Het gedeelte aan de Sint-Jorisstraat met enkele markante zalen bleef vrijwel onbeschadigd.OmschrijvingHet voormalige Paleis van Justitie bestaat uit twee rechthoekige vleugels die V-vormig ten opzichte van elkaar geplaatst zijn: een gedeelte aan de Spinhuiswal en een gedeelte aan de Sint Jorisstraat. Het aan de Sint Jorisstraat gelegen gedeelte is als afzonderlijk bouwlichaam goed herkenbaar. Het is een negen traveeën tellend bouwlichaam op rechthoekige grondslag, telt drie bouwlagen met kapverdieping en heeft in kruisverband opgetrokken gevels van gele strengperssteen. Het pand is voorzien van risalerende, vierlaagse hoektorens onder met leien gedekte tentdaken. Ook het centrum van het middengedeelte risaleert iets. De hoofdmassa heeft een plat dak met een schild aan de straatzijde dat gedekt is met leien in Maasdekking.De voorgevel van het pand is voorzien van een hoge hardstenen plint. De overige geleding van de gevel bestaat uit lijsten en speklagen van zowel hardsteen als gele zandsteen. De op de begane grond gevestigde kantoren zijn in opzet aanmerkelijk lager dan die op de verdieping. De vensters zijn hier recht gesloten en hebben een natuurstenen latei. De op de beide verdiepingen per travee gekoppelde vensters zijn getoogd met een segmentboog en hebben in de trommels een ornamentiek van steenblokjes (eerste verdieping) en polychrome, gestileerde keramische motieven (tweede verdieping en fries). De vensters zijn voorzien van houten zesruits roedenramen en hebben hardstenen onderdorpels. De gevels worden verder geornamenteerd door gekrulde, siersmeedijzeren steekankers. De goot rust op gecanneleerde klossen waartussen de polychrome keramische reliëfs als metopen zijn aangebracht. De dakkapellen hebben een verzorgde ornamentiek en zijn voorzien van zandstenen vleugelstukken. De centrale dakkapel heeft een frontonbekroning. De vensteropbouw van de beide hoektorens verschilt van die van het centrale gedeelte. Een centraal venster wordt steeds geflankeerd door twee even hoge maar smallere vensters. De goot van de hoektorens heeft in vergelijking tot het centrale gedeelte een fors overstek. Ook de dakkapellen hebben een andere detaillering en zijn elk bekroond met een segmentboogfronton. De tentdaken zijn elk geornamenteerd met een vergulde ijzeren windwijzer en pirons. De ingang bevindt zich in de linkerhoektoren en bestaat uit een eenvoudige houten vleugelpaneeldeur. Deze hoektoren die tevens als traptoren dient vormt tevens de verbinding met de aan de Spinhuiswal gelegen hoofdvleugel van het Paleis van Justitie. Aan de rechterzijde van de rechtse traptoren is, iets terugliggend, een tussentravee geplaatst die in verbinding staat met het naastgelegen Huis van Bewaring en een kleine trap heeft. De in machinale baksteen opgetrokken achterzijde van het pand is minder eenvormig en wordt gekenmerkt door twee blokvormige uitbouwen. In de grootste hiervan is de zittingszaal gehuisvest. Intern is de plattegrond zeer sober gehouden. Aan de straatzijde bevinden zich de grote, rechthoekige dienstvertrekken en kantoren. Deze worden op elke bouwlaag aan de achterzijde ontsloten door een brede gang met granito vloer die over de lengte van het gebouw doorloopt. De kamers zijn alle nog voorzien van de oorspronkelijke houten deuren met omlijstingen. Het vertrek met de meest bijzondere ornamentiek is de aan de achterzijde van de eerste verdieping gelegen zittingszaal met achterkamer. Deze is voorzien van een in eclectische stijl vormgegeven houten lambrisering, een geornamenteerd stucplafond en het oorspronkelijke meubilair. De trap in de rechtertoren is van graniet en heeft een smeedijzeren leuning. De lichttoetreding wordt hier verzorgd door sober geornamenteerd, kleurig glas-in-lood met geometrische en florale motieven. De vleugel aan de Spinhuiswal is een langgerekt, streng symmetrisch bouwlichaam van drie bouwlagen met een souterrain. De voorgevel is opgetrokken uit een imitatie-handvorm baksteen, gemetseld in kettingverband. Voor de geleding en ornamentiek van de gevel is gebruik gemaakt van graniet (plint en trap) en kunststeen (ingang, vensteromlijstingen, waterlijst en goot). De getrapte middenrisaliet met ingangspartij is monumentaal vormgegeven en is voorzien van een met zwarte pannen gedekt schilddak met twee forse, in siermetselwerk opgetrokken schoorstenen op de nokpunten. De twee zijvleugels hebben een met zwarte pannen gedekt zadeldak met schilden aan de uiteinden en op de nokas vier kleine schoorstenen met kunststenen bekroning. De plint van deze vleugels is voorzien van gerusticeerde granieten blokken. Hierin zijn de met een segmentboog getoogde en van een smeedijzeren traliewerk voorziene souterrainvensters geplaatst. Alle vensters zijn rechthoekig. Die van de eerste twee bouwlagen zijn identiek van formaat en indeling maar verschillen wat betreft de detaillering van de kunststenen omlijsting. Deze vensters hebben alle een dubbel kruiskozijn met daarin zes stalen vierruits roedenramen. De vensters op de begane grond hebben aan de bovenzijde een hanenkam met druiplijst. Deze ontbreekt op de verdieping. Wel hebben de vensters daar een gemetselde ontlastingsboog aan de bovenzijde. De vertrekken op de derde bouwlaag zijn lager dan die op de eerste twee. De vensters hebben hier een twaalfruits stalen roedenraam. Op de buitenste traveeën van de zijvleugels na, heeft elke travee twee vensterassen. De monumentale, getrapt risalerende ingangspartij valt op door de in kunststeenblokken uitgevoerde omlijsting van de twee onderste bouwlagen van de middenpartij. Deze is bereikbaar via een granieten trap van vier treden en heeft een hoge, houten vleugelpaneeldeur. Hierboven zijn in reliëf de door banderollen geflankeerde wapenschilden van justitie en de provincies Noord-Brabant en Limburg aangebracht. Op de tweede bouwlaag heeft het ingangsgedeelte een schijnbalkon met kunststenen balustrade. De omlijsting wordt geflankeerd door kleine vierkante vensters met tweeruits ramen. Een opvallend decoratief element wordt gevormd door de op de goot geplaatste bekroning; een soort kunststenen fries met sobere geometrische ornamentiek. In de voorgevel zijn tussen de vensters van de eerste en de tweede bouwlaag op de hoeken en naast de ingang, vier rechthoekige, figuratieve kunststenen reliëfs geplaatst. Deze symboliseren: gestrengheid, wijsheid, voorzichtigheid en onkreukbaarheid. Tegen in machinale baksteen opgetrokken achtergevel zijn onder meer werk- en recreatiezalen van het Huis van Bewaring gebouwd. De opzet is hier aanmerkelijk minder streng van aard dan bij de voorgevel. Intern wordt elke bouwlaag door een centrale gang die over de gehele lengte van het gebouw loopt, doorsneden. Aan weerszijden hiervan bevinden zich de rechthoekige dienstvertrekken. Deze zijn veelal sober van ornamentiek. Aan de achterzijde zijn de twee zeer rijk geornamenteerde zittingszalen gesitueerd. Deze alsook het daar aanwezige meubilair zijn compleet behouden gebleven. Een opvallend aspect van het interieur is verder de grote centrale trappartij die met gekleurd glas-in-lood van M. de Leeuw is geornamenteerd. Opmerkelijk is verder de kapconstructie van het nieuwe gedeelte aan de Spinhuiswal. Deze is geheel uit beton vervaardigd. WaarderingHet paleis van Justitie is van algemeen belang. Het heeft cultuurhistorische waarden als bijzondere uitdrukking van de justitiële geschiedenis en de daarmee verbonden typologische ontwikkeling der gebouwen. Het paleis heeft architectuurhistorische waarden als bijzondere uitdrukking van de geschiedenis van het rijksbouwen in de eerste helft van de twintigste eeuw. Het gebouw is het laatste grote justitiële complex van W.C. Metzelaar. Met name de monumentale en rijk geornamenteerde zittingszalen zijn binnen diens werk belangrijk en zeldzaam. De façade aan de Spinhuiswal van G. Friedhoff is vanwege de imponerende ligging stedenbouwkundig gezien van groot belang. Architectuurhistorisch heeft dit gedeelte belang als eerste grote rijksgebouw van diens hand. Door de functionele samenhang van de verschillende gebouwen en de enigszins geïsoleerde ligging van het complex heeft het geheel ensemblewaarden. Het geheel is van belang vanwege de hoogwaardige architectonische kwaliteit van de samenstellende onderdelen.Het geheel aan gebouwen is van belang vanwege de functionele en typologische zeldzaamheid. |
InleidingGevangeniscomplex, in 1912 ontworpen door W.C. Metzelaar in Ambachtelijk-traditionele vormen. De te beschermen cellenvleugel A bevindt zich centraal op het binnenterrein van het Paleis van Justitie en het Huis van Bewaring.OmschrijvingLanggerekte drielaags bouwmassa op rechthoekige grondslag met gevels van in kruisverband gemetselde machinale baksteen. In de lengte telt de vleugel achttien traveeën; in de breedte drie. De cellenvleugel heeft een plat dak. De recht gesloten vensters zijn getralied en hebbenin de gietijzeren onderdorpels verwerkte ventilatieopeningen. Aan de zuidwestelijke zijde bevinden zich twee doorgangen naar werk- en recreatiezalen. Verder zijn er nog doorgangen naar cellenvleugel B en naar de centrale hal van het Huis van Bewaring. Inwendig wordt het gebouw in de lengte doorsneden door een brede centrale gang. De cellen bevinden zich aan weerszijden hiervan. Centraal in de gang is in de jaren tachtig een over de hoogte van alle bouwlagen doorlopende, rechthoekige bewakingstoren opgesteld. De verdiepingen zijn bereikbaar door een stelsel van twee gietijzeren trappen waarvan de leuningen overgaan in de ijzeren balustrades met ijzeren roostervloeren op de verdiepingen. De celindeling is nog de oorspronkelijke evenals de detaillering van de ramen en deuren.WaarderingDe cellenvleugel A van het Huis van Bewaring te 's-Hertogenbosch is van algemeen belang. Hij heeft cultuurhistorische waarden als bijzondere uitdrukking van de justitiële geschiedenis en de daarmee verbonden typologische ontwikkeling der gebouwen. Door de functionele samenhang van de verschillende gebouwen en de enigszins geïsoleerde ligging van het complex heeft het geheel ensemblewaarden. De cellenvleugel is in detaillering een van de gaafst bewaarde gevangenisgebouwen van de hand van W.C. Metzelaar. Het geheel aan gebouwen is van belang vanwege de functionele en typologische zeldzaamheid. |
Het paleis werd zwaar beschadigd in 1944 en is in de periode 1949-1950 grotendeels herbouwd in een strenge, aan Delftse School verwante architectuur. Het ontwerp kwam van Dufour en Geerling. | 45 |
1951 |
RedactiePaleis van justitie te Den BoschZuid : Katholiek weekblad voor Brabant en Limburg 3 februari 1951 | 16-17 |
|
1994 |
RedactieHet beeldhouwwerkErfgoed bekeken 3 (1994) 4 |
|
1995 |
RedactiePaleis van Justitie 's-Hertogenbosch. Een monumentaal gebouwMinisterie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, Rijksgebouwendienst (Den Haag 1995) |
|
1996 |
Henny MolhuysenAchter de voorgevel : Onkreukbaar, voorzichtig, wijs en strengBrabants Dagblad donderdag 4 april 1996 (foto) |
|
1997 |
Henny MolhuysenVerdwenen stadsbeelden : 'Paleis' aan de Spinhuiswal dat in de smaak valtBrabants dagblad donderdag 14 augustus 1997 (foto) |
|
2001 |
Van Gaal / VerhagenVoormalig Paleis van Justitie (Spinhuiswal 2)'s-Hertogenbosch binnen de Veste (2001) 45-46 |
|
2012 |
Niet alleen geld telt• Het voormalig Paleis van Justitie en het voormalig Huis van Bewaring in Den Bosch worden verkocht.• Dat gebeurt bij openbare inschrijving. • Gegadigden moeten ook een projectvisie indienen.
Ad Rijken | Brabants Dagblad donderdag 7 juni 2012 | 25
|
|
2012 |
Ad RijkenAnimo voor Paleis 'valt niet tegen'Brabants Dagblad woensdag 13 juni 2012 | 25 |
|
2012 |
Koper Paleis Spinhuiswal moet ambitieus plan hebbenDe procedure voor de openbare verkoop van het oude Paleis van Justitie en het Huis van Bewaring is in volle gang. De overheden hebben heel wat wensen.
Ad Rijken | Brabants Dagblad woensdag 13 juni 2012 | 30-31
|
|
2012 |
Ad RijkenJustitiepaleis gewild objectBrabants Dagblad vrijdag 23 november 2012 | 26 |
|
2013 |
Verkoop ‘Paleis’ is opgeschortDe verkoop van het voormalige Paleis van Justitie en Huis van Bewaring in Den Bosch is voorlopig opgeschort.
Ad Rijken en Robèrt van Lith | Brabants Dagblad woensdag 27 februari 2013 | 25
|
|
2013 |
RedactieRijk biedt oude Justitiepaleis aan de gemeente aan.Brabants Dagblad donderdag 27 juni 2013 | 26 |
|
2013 |
Paleis moet 3,5 miljoen kostenDe gemeente Den Bosch mag het voormalige Paleis van Justitie aan de Spinhuiswal en het voormalige Huis van Bewaring aan de Sint-Jorisstraat hebben voor 3,5 miljoen euro. Dat heeft de eigenaar, het Rijk, laten weten in een brief, waarin ook staat dat de gemeente voor 1 augustus moet beslissen.
Ad Rijken | Brabants Dagblad dinsdag 2 juli 2013 | 26
|
|
2014 |
Nieuwe poging verkoop SpinhuiswalcomplexDEN BOSCH – Het rijk onderneemt een nieuwe poging om het Spinhuiswalcomplex in Den Bosch te verkopen. Begin vorig jaar strandde de eerste poging om het voormalige Paleis van Justitie aan de Spinhuiswal en het oude Huis van Bewaring aan de Sint-Jorisstraat aan de man te brengen.
Robèrt van Lith | Brabants Dagblad dinsdag 4 februari 2014 | 29
|
|
2015 |
Bart GotinkM7 verkoopt Paleis van Justitie direct weerBrabants Dagblad vrijdag 31 juli 2015 | 2 |
|
2015 |
Eigenaar oude justitiepaleis wil ook Cathrienkerk kopenRenschdael Groep uit het Limburgse Horst, die voor 2.2 miljoen eigenaar is geworden van het voormalige Paleis van Justitie en Huis van Bewaring in Den Bosch, wil ook de Cathrienkerk kopen.
Paul Roovers | Brabants Dagblad donderdag 24 september 2015 | 4
|
1905 |
Er wordt een Paleis van Justitie gebouwd aan de Spinhuiswal. Onder andere wegens de kleur van het gebouw 'het gele gevaar' genoemd. Bron: Kroniek van 's-Hertogenbosch |
|
1912 |
Gerealiseerd in de jaren tussen 1912 en 1924 naar een ontwerp van Willem Cornelis Metzelaar, is inmiddels aangemeld als monument omdat het deel uitmaakt van het beschermde stadsgezicht van 's-Hertogenbosch. Tot in de zomer van 1998 zetelden hier het gerechtshof en het ressortsparket. Bron: Arrondissement 's-Hertogenbosch (route langs Justitiegebouwen) |
|
1944 |
Het oude Paleis van Justitie werd tijdens de bevrijding in 1944 door brand ernstig beschadigd. Bron: Arrondissement 's-Hertogenbosch (route langs Justitiegebouwen) |
|
1950 |
Herbouwd door F. Duthour Geerling. Bron: SA 's-Hertogenbosch |
2016 |
Voormalig Paleis van JustitieHet voormalige Paleis van Justitie was op deze plaats gehuisvest in een gebouw dat tijdens de bevrijding van ’s-Hertogenbosch in 1944 aan de voorzijde was verwoest doordat de Duitse bezetter het in brand had gestoken. Van het oorspronkelijke gebouw, daterend uit 1912-1924, zijn nog enkele delen uitwendig gespaard gebleven in de Sint-Jorisstraat. De eclectische architectuur van dit oude Paleis van Justitie, dat is gebouwd naar ontwerp van de ‘hoofdingenieur der Gevangenissen en Gerechtsgebouwen’ Metzelaar, is uitgevoerd in machinale gele strengperssteen. Het lijkt met zijn vierkante hoektorens geïnspireerd door de 16e-eeuwse Franse renaissance. Dit gebouw heeft een monumentaal trappenhuis. Ook aan de Spinhuiswal had het gebouw een soortgelijke gevelopbouw. In 1949 werd deze zwaar gehavende voorgevel afgebroken en verrees hier in 1950 een nieuwe monumentale voorbouw naar ontwerp van rijksbouwmeester Friedhof in een aan de Delftse school verwante bouwstijl, ook wel getypeerd als de ‘Stuttgarter Schule’. In de toegangspartij zijn gebrandschilderde vensters opgenomen van Marius de Leeuw. Inwendig zijn de fraaie zittingszalen nog onderdelen van het oorspronkelijke gebouw van Metzelaar. Bezienswaardig zijn ook de hieronder gelegen cellen, waar de verdachten moesten wachten op hun berechting. De wanden hiervan zijn door de gedetineerden volgeschreven met opmerkingen van allerlei aard.
Magazine Open Monumentendag (2016) 17
|
19?? | Gerechtshof |